Hoe verloopt een thoracoscopie?
De longarts maakt tussen twee ribben een klein sneetje in uw huid (1 cm). Door dit sneetje brengt de longarts een kijkbuisje met een lampje eraan naar binnen. Hiermee bekijkt de longarts uw longbladen. Door het buisje kan de arts met een tangetje eventueel een stukje weefsel wegnemen voor nader onderzoek. De arts brengt een dun slangetje (drain) door het sneetje. Dit slangetje zorgt ervoor dat aanwezig vocht afgevoerd kan worden. De drain wordt met een hechting vastgemaakt en rondom afgeplakt. Op de afdeling sluit de verpleegkundige de drain meestal aan op een zuigpomp. De pomp zuigt het vocht of de overtollige lucht weg. Binnen een dag of enkele dagen is uw long hersteld, en mag de drain er weer uit.
Een thoracoscopie kan onder narcose of met lokale verdoving worden gedaan. Het onderzoek duurt ongeveer 30 tot 45 minuten.
Waar vindt een thoracoscopie plaats?
Een thoracoscopie vindt plaats op de behandelafdeling. Hiervoor wordt u opgenomen op de verpleegafdeling longziekten.