Sterftecijfers voor ziekenhuizen

Jaarlijks wordt voor elk ziekenhuis het sterftecijfer berekend, de Hospital Standardised Mortality Rate (HSMR).

Sterftecijfers voor ziekenhuizen

Het sterftecijfer (HSMR) van een ziekenhuis geeft de verhouding aan tussen het aantal mensen dat in een jaar overleed in het ziekenhuis en het aantal verwachte sterfgevallen in dat ziekenhuis. Is het cijfer 100, dan overlijden er precies zo veel mensen als verwacht op basis van bijvoorbeeld de grootte van het ziekenhuis, de gezondheid van de meeste patiënten of veel voorkomende aandoeningen in dat ziekenhuis. Een cijfer lager dan 100 betekent dus dat er minder mensen sterven dan verwacht. 

Het laatst bekende sterftecijfer (HSMR) is van 2021. Voor dat jaar was de HSMR voor CWZ 87, vergelijkbaar met de HSMR voor 2020 en 2019. Over de drie jaren samen was de HSMR voor CWZ 86, dus stabiel lager dan het landelijke gemiddelde.

Sterftecijfers per diagnosegroep

Naast de ziekenhuissterfte, worden er ook sterftecijfers berekend per diagnosegroep. Dat is een groep van patiënten die voor een zelfde soort aandoening zijn opgenomen. Daarnaast worden nog sterftecijfers berekend voor leeftijdsgroepen en voor spoed- of geplande opnames, zodat een ziekenhuis ook op die manier zijn eigen zorg kan analyseren.

Voor 2021 zijn de sterftecijfers voor een groot aantal diagnosegroepen lager dan het gemiddelde. In de diagnosegroep overige circulatoire aandoeningen en de groep complicatie van chirurgische procedure of medische zorg is de sterfte in CWZ significant hoger dan landelijk gemiddeld.

Om inzicht te krijgen in de zorg rondom patiënten met COVID-19 is het sterftecijfer hierbij apart berekend. Het sterftepercentage van patiënten met COVID-19 is lager dan landelijk gemiddeld en het ROAZ. Het sterftecijfer van patiënten met COVID-19 is dan ook  91.

Het aantal opgenomen patiënten met COVID-19 is conform het ROAZ en landelijk gemiddelde.

Wat zegt een sterftecijfer over de kwaliteit van zorg?

Uit onderzoek is gebleken dat een hoger of lager sterftecijfer vaak met andere dingen samenhangt dan de kwaliteit van zorg. Het kan daarbij gaan om hoe de registratie wordt uitgevoerd, maar ook of de patiënten in een bepaalde regio sneller geneigd zijn naar het ziekenhuis te gaan in de stervensfase. Het is bekend dat de HSMR van jaar tot jaar behoorlijk kan verschillen, ook als er geen wezenlijk verschil is in de kwaliteit van zorg. 

Elk overlijden wordt onderzocht

CWZ laat sinds 2008 het dossier van iedere overleden patiënt kritisch beoordelen door ervaren artsen, om na te gaan of alles goed is gegaan in de zorg. De artsen van CWZ bespreken de leerpunten uit de ziektegeschiedenis van deze patiënten. Zo monitort CWZ gedurende het hele jaar de behandeling van patiënten die zijn overleden in het ziekenhuis.