Interview met fertiliteitsteam CWZ. Als zwanger worden moeilijk gaat.

Interview met fertiliteitsteam CWZ. Als zwanger worden moeilijk gaat.

Als zwanger worden moeilijker gaat.

Het is een klein team. Vier vrouwen die achter de schermen zorgen voor een kwetsbare patiëntengroep: paren met een onvervulde kinderwens.

Dat doen ze niet alleen; de drie gynaecologen Cathelijne van Heteren, Karin Bos en Jan de Kruif bepalen het medische beleid. Maar Channa, Elles, Janine en Petrie zijn de doktersassistenten en verpleegkundigen die de koppels soms maandenlang én met enige regelmaat zien voor gesprekken, echo’s, of inseminaties.

Bij binnenkomst in de ruimte van de fertiliteitspoli op A44 vallen alle geboortekaartjes op. ‘We hebben er een grote boom van gemaakt. De behandeling lukt niet altijd, maar de kaartjes stemmen hoopvol.’

Wat doen jullie?

‘Veel paren hebben de gang naar het ziekenhuis lange tijd voor zich uitgeschoven,’ vertelt doktersassistente Elles van Oosteren. ‘Het komt nogal eens voor dat ze direct al na de intake zwanger worden. Ze hebben een drempel genomen en zijn opgelucht hier gehoord te worden.’ Maar vaker zijn de problemen hardnekkiger en zijn de koppels maandenlang kind aan huis. ‘We werken zeven dagen in de week, als de cyclus van de vrouw daarom vraagt. We hebben alle vier de opleiding voortplantingsgeneeskunde en een opleiding echografie gedaan en werken onder supervisie van de gynaecoloog. ’ legt collega Channa de Bruijn uit. ‘Eerst echo’s om te kijken of de eisprong eraan komt en daarna soms een IUI (intra uteriene inseminaties). Bij een IUI werkt het lab mee, ook in het weekend, want zij zorgen ervoor dat sperma wordt opgewerkt zodat de best beweeglijke zaadcellen kunnen worden geïnsemineerd.’

Voor wie?

In principe is het fertiliteitsteam er voor alle vrouwen en mannen met een onvervulde kinderwens,’ vertelt verpleegkundige Janine van Orsouw. ‘We doen geen IVF, daarvoor hebben we hele goede afspraken met het Radboudumc. Andersom ondersteunen wij andere ziekenhuizen in de regio en in het buitenland en doen echo’s bij vrouwen die een behandeling daar krijgen. Zo maakt de patiënt minder kilometers en wordt de behandeling als minder zwaar ervaren’, vult verpleegkundige Petrie Arts aan.

Patiënten die elders onder behandeling zijn en een behandeling krijgen met een onbekende, niet in Nederland geregistreerde sperma- of eiceldonor, kunnen in CWZ niet worden meebehandeld. CWZ behandelt alleen fertiliteitspatiënten tot 43 jaar. Alleenstaande en/of lesbische vrouwen komen niet in aanmerking voor een behandeling om een eisprong op te wekken (ovulatie-inductie).

Kracht

‘We vinden het belangrijk om onze adviezen op elkaar af te stemmen. Zo proberen we zoveel mogelijk tot één beleid te komen,’ zegt Channa. ‘Het is zwaar genoeg voor stellen in deze fase.' Onvervulde kinderwens heeft effect op de relatie. ‘Sommigen komen hier en dan zien ze : ‘Onze relatie is niet slecht, maar we beleven dit probleem ieder anders.’ Als nodig kunnen de stellen extra mentale steun krijgen van maatschappelijk werk. Ook zijn er gevolgen voor vriendenkring en werk. ‘Wat zeggen we tegen anderen en hoe gaat dat op het werk?’, vragen ze zich af. En de allerbelangrijkste vraag ‘Zal ik ooit eens moeder of vader worden?’ De vier van de fertiliteitspoli in één adem: ‘Fantastisch als dat lukt!’